En ja, het werd een waterballet. Mat in het zuidoosten zoveel regen dat in flinke delen van Zuid-Limburg voor de zoveelste keer in de laatste jaren grote wateroverlast ontstond. Straten stonden blank, kelders liepen onder en overal werd het modderig.
We gaan naar de hoogzomer toe. Dat is de periode waarin de hoogste temperaturen worden gemeten. Tijdens de Hondsdagen, de periode van 20 juli tot en met 20 augustus, is dan (overdag) een temperatuur van 23 of 24 graden normaal. Zit je in een periode met overdag tussen 20 en 25 graden, dan is het dus niet meer dan normaal voor de tijd van het jaar. Het klinkt voor ons wel lekker warm, door de koele zomer die we beleven.
Hoeveel regen kunnen we met zijn allen nog aan? Die vraag gaat wel leven nu er weer een waterballet op ons lijkt af te komen. Er komt maar geen einde aan.
In een jaar tijd heeft Nederland een enorme hoeveelheid regenwater te verstouwen gekregen. Op sommige plaatsen viel zo’n 1500 millimeter, anderhalve meter. Door die vele regen is in de lage delen de grondwaterstand een stuk omhoog gekomen. Bomen, waarvan de wortels lange tijd onder water staan, hebben daar nu last van.
De rollen in het Europese vakantieweer liggen nog steeds min of meer vast. Voor heet en zonnig weer moet je in de landen rond de Middellandse Zee, het zuidoosten en oosten van Europa zijn. Koeler weer treffen we in ons deel van Europa aan en op de grens tussen de twee en in het relatief koele gebied vinden we ook de plekken met neerslag terug.
De eerste 10 dagen van juli zijn relatief koel verlopen. Met een gemiddelde temperatuur van 16,3 graden was de periode in De Bilt net geen anderhalve graad (1,4 graden) kouder dan normaal. Verder hiel het wisselvallige weer aan. In grote delen van het land kwam al tussen 40 en 70 millimeter regen omlaag, in Brabant plaatselijk 85 tot bijna 100 millimeter. Het zuidoosten en een strook van Zeeland richting Drenthe waren minder nat.
Er was uit en te na voor gewaarschuwd, het KNMI had voor heel het land code oranje afgegeven en iedereen was er klaar voor. Maar toen het onweer vanuit het zuidwesten over het land trok, viel het toch mee. Jazeker, we zagen spectaculaire luchten, er viel veel regen, het waaide soms hard en er werd hagel gemeld. Op het spoor, in de lucht en op de weg was er ook overlast, maar de maatschappij werd gelukkig niet ontwricht.
Zo af en toe wordt het bij ons nu wel echt warm, zoals gisteren toen het kwik in het Limburgse Ell tot 32,1 graden opliep, maar stabiel is het niet. Aan het einde van de middag en in de avond waren er alweer de onweersbuien die een einde aan de warmte maakten. Mogelijk werken we nu naar een nieuw maximum, begin volgende week toe.
1In het voorjaar van 2021 startten vrieskoujagers Karel Holvoet en Pieter Bliek een wetenschappelijk onderzoek naar het ontstaan van microklimaten in duinpannen aan de Nederlandse en Belgische kust. Samen met een Bulgaars bedrijf zetten ze zich aan het doen van precisiemetingen. Door daarbij eendrachtig samen te werken, maakten ze niet alleen de metingen, maar ook de gebruikte apparatuur beter.
Het is vandaag warm in Nederland en de dag wordt mogelijk met een spectaculair onweer afgesloten. Onwillekeurig gaan de gedachten van veel mensen dan weer terug naar eerdere onweerssituaties die ze in hun leven hebben meegemaakt en indruk maakten.
