Een totale non-winter is vanaf nu ook een mogelijkheid
Reinout van den BornDat niet alles is wat het op het eerste moment lijkt, blijkt in het weer bij ons ook nu maar weer. Ondanks het feit dat de luchtdruk in het hoge noorden stijgt, de straalstroom vrij zuidelijk ligt en de poolwervel relatief zwak is, lijken we in Europa op een ongekend zachte decemberperiode af te koersen. Met temperaturen die in het zuiden van Nederland na het weekend zelfs in de buurt van 15 graden zouden kunnen uitkomen.
Een einde aan die zachtheid is nu uit zicht. Tot halverwege december laten modelberekeningen in onze omgeving voortdurend zuidelijke winden met bijbehorend hoge temperaturen zien. Ook aan het einde van de verwachtingsperiode moet het overdag nog steeds makkelijk 10 graden of warmer kunnen worden. En zijn er in de nachten nauwelijks vorstkansen.

Drukverdeling met potentie
En het was toch een drukverdeling met enige potentie, schreven we gisteren nog? Dat is nog steeds zo. Maar dan moet er in de patstelling tussen hogedrukgebieden in het oosten en lagedrukgebieden op de oceaan wel iets veranderen. Anders blijft de wind naar zuidelijk en kunnen bellen met relatief warme lucht ons land vanuit het zuiden steeds weer bereiken. Het voelt allemaal vreemd. Veel seinen staan op groen en dan toch is er weer die warmte.
Goed. We wisten dat de SSW, of die er technisch nu is geweest of niet, voor Europa niet gunstig uitpakte. De afstroom van kou vanuit het poolgebied die ervan het gevolg was, kwam niet bij ons, maar boven Noord-Amerika tot stand. En daar lijkt het koude weer voorlopig aan te houden.
Doordat die kou aan de oostkust van Canada en de VS boven de oceaan terechtkomt, ontstaan daar steeds nieuwe lagedrukgebieden die de oceaan op trekken. En er samen met de hogedruk boven Rusland bij ons voor zorgen dat de wind zuidelijk is.
'Had ik het maar eerder geweten'
Had ik dat maar een paar dagen eerder geweten, dacht ik nog toen ik er een eerste verhaal over schreef. Dan had de op 22 november gepresenteerde winterverwachting er mogelijk ook anders uitgezien. Toen was nog niet helemaal duidelijk hoe de SSW zou uitpakken, nu wel.
Maar zou ik ook echt een andere verwachting hebben laten zien? Daar denk ik nu al een paar dagen over na en ik kom er niet helemaal uit. Als gedachtenexperiment heb geprobeerd aan te tonen dat de komende winter hoe dan ook een non-winter wordt. Een voorbeeld van zo’n winter, die me dan steeds weer te binnen schiet, is de winter van 2014: de tot nu toe enige winter sinds 1901 die in De Bilt 0,0 Hellmannpunten opleverde. Er was in die winter met andere woorden geen enkel etmaal met een gemiddelde temperatuur beneden het vriespunt.
In 2014 had het noordoosten wel winterweer
Ook de winter van 2014 werd door langdurige fasen met zuidelijke winden gedomineerd. Maar er zat in het noordoosten tussen 20 en 31 januari wel degelijk ook een langere winterse fase in, met in Nieuw-Beerta 5 ijsdagen en een Hellmanngetal van 18,5 punten.
Om een beeld te krijgen van wat er de komende winter, als het om zachtheid gaat, allemaal mogelijk is, hebben we de zes winters met een kouproductie beneden 5 Hellmannpunten onderzocht. Het zijn naast de winter van 2014 de winters van 2020 (0,1 punten), 1989 (1,9 punten), 1975 (3,2 punten), 2000 (3,6 punten) en 2007 (4,8 punten). En daarbij hebben we eerst gekeken naar wat er in die jaren in de decembermaand gebeurde.
Vaak zuidelijke winden
In 4 van de 6 jaren was de gemiddeld wind in december zuidelijk, waarschijnlijk net als dit jaar. Alleen 1974 (winter 1975) en 2013 (winter 20214) weken af. In die twee jaren kwam december met een gemiddeld zuidwestelijke wind op de proppen. December 1974 kwam op een gemiddelde temperatuur van 3,5 graden uit, december 2019 op een gemiddelde temperatuur van 5,5 graden en de rest van de hiervoor genoemde jaren zat daartussen.
De allerwarmste decembermaand ooit was die van 2015. Toen kwam december op een ongelooflijk gemiddelde van 9,6 graden uit. De gemiddelde wind was toen ZZW en de winter die volgde – de winter van 2016 – haalde een temperatuur van 6,4 graden en een koudegetal van 9,6 punten. Opnieuw viel het noordoosten op, met in januari in Nieuw-Beerta zelfs twee vorstinvallen, waarvan de tweede tussen 16 en 22 januari daar zelfs tot een vorstperiode uitgroeide. Ook werd het noordoosten door een ijzelperiode getroffen. Nieuw-Beerta kwam daarbij op een koudegetal van maar liefst 39,6 Hellmannpunten uit.
Wordt de basis voor een zachte winter nu al gelegd?
Van de vorstloze winters eindigden 4 van de 7 (inclusief 2016) met een gemiddeld zuidwestelijke wind. De winters van 2016 en 2020 kwamen op een zuidzuidwestenwind uit en de winter van 2014 op een zuidenwind. Dan is de neiging groot om te zeggen dat – met het zachte weer van de komende weken – nu ook een basis voor een zacht wintervervolg wordt gelegd.
Toch ligt dat weer iets gecompliceerder. Het mag dan zo zijn dat tussen de decembermaanden die met een ZZW-wind op de proppen kwamen weinig opvallende winters zitten, in de groepen die door een ZW-wind of een Z-lijke tot ZZO-lijke wind werd gedomineerd, vinden we wel aardige winters terug. Zoals in de groep met ZW-lijke winden de winters van 1941, 1956, 1966, 1976, 1986, en 1987. In de groep met Z-lijke winden zitten 1917 en 1985 en in de groep met ZZO-en winden in december vinden we de winters van 1940 en 2010 terug. Verder zijn er meer dan 60 winters die met een gemiddelde wind tussen ZZW en ZZO begonnen.
Westcirculatie in december was misschien nog wel gunstiger
Met een beetje fantasie zou je wel kunnen zeggen dat een westcirculatie in december met het oog op het vervolg in de winter gunstiger is dan een vorm van rond zuidelijke winden.
Een andere manier naar het vervolg te kijken is de NAO-index centraal te stellen in de decembermaanden die we onderzochten. Die vertelt iets over de drukverdeling in die maanden. In december 1974 (de winter van 1975) was de NAO-index aan het einde van het jaar positief, evenals in 1999 (winter 2000) en 2013 (winter 2014). In 1988 (winter 1989), 2006 (winter 2007), en 2019 (winter 2020) was de NAO-index aan het eind van het jaar vooral negatief. Ook deze informatie helpt ons dus niet echt verder. Er gaat voor nu geen signaal van uit.
Vroege verstoring poolwervel heeft tot nu toe heel ongunstig uitgewerkt
Om op basis van de verwachtingen voor de komende 1 a 2 weken de winter dus al meteen helemaal af te schrijven, voert zo op het eerste gezicht ook te ver. Wel heeft het er alle schijn van dat de manier waarop de vroege verstoring van de poolwervel bij ons heeft uitgepakt, meteen al een flinke streep door de rekening is.
Wat het eventuele vervolg nog een beetje op de been houdt, zijn de in de omgeving van IJsland en Groenland verwachte drukstijgingen van de komende tijd. De drukstijgingen die de NAO- en AO-index weer negatief maken. Het zijn die drukstijgingen die het patroon de komende tijd nog kunnen laten kantelen, door de lagedrukgebieden naar het zuiden te duwen. Ook de poolwervel, die vooralsnog niet op volle kracht blaast, kan in theorie nog wat helpen.
We kijken het nog even aan
Maar zouden de drukstijgingen in het hoge noorden later deze maand alsnog verdwijnen en zou de poolwervel tegelijkertijd zijn volle kracht terugvinden, dan ziet het er treurig uit. En staat een totale non-winter nadrukkelijk op het menu. We kijken het nog even aan, tot halverwege de maand, maar zullen dan – indien nodig – de winterverwachting alsnog aanpassen.
Voeg weerverteller.nl toe aan het startscherm van je telefoon
Mis ook deze verhalen niet:
30-Daagse (+): winters vervolg later in december niet ondenkbaar
Aanstaande SSW brengt ons nog geen winter, nieuwe kans doemt op
Tweede doorkijkje naar de winter: signalen tegenstrijdiger geworden
Extreme mariene hittegolf Grote Oceaan geeft zacht wintersignaal
Warme luchtlaag boven poolgebied straks geheime wapen winter?
Aanwijzingen ‘kansrijkere’ winter dringen in modelberekeningen door
Volg ons ook op facebook en X!
Jouw foto op Weerverteller.nl?
Stuur je foto naar foto@weerverteller.nl, of via X met de vermelding van @weerverteller










