Eerste doorkijkje naar winter 2026: er borrelt zowaar iets
Reinout van den BornDe zomer van 2025 gaat dit weekend ten einde. En steeds meer mensen zoeken informatie met betrekking tot de komende winter. Tijd voor een eerste vooruitblik. Hoe raar het in tijden van klimaatverandering ook klinkt, er lijkt zowaar iets te borrelen.
We houden het bij Weerverteller.nl iedere dag precies bij; naar welke informatie de lezers van de site precies specifiek zoeken. Alleen op die manier kunnen we ervoor zorgen dat we zo goed mogelijk aansluiten op de behoeften van de almaar groeiende lezersgroep.

Steeds meer mensen zijn nu al benieuwd naar de winter
De zomer is nog niet eens voorbij, waarom nu dan al schrijven over de winter? Het antwoord is simpel. Iedere dag verschijnen meerder verhalen over de afgelopen winter in de top 10 van meest gelezen verhalen op deze site. Steeds meer mensen zijn nu al benieuwd.
Ikzelf ben ooit vanwege de winter in het weer terechtgekomen. Als klein kind al hoopte ik ieder jaar intens op sneeuw en ijs. Dat verlangen is nooit verdwenen, het nog in vervulling gaan van die wens inmiddels bijna wel. De winter is in Nederland het grote slachtoffer van klimaatverandering geworden. Als het nog eens lukt, is het maar kort. En zelfs dat bijna niet meer.
Het kriebelt nog steeds
Toch kriebelt het nog steeds. Zodra de dagen korten, hebben we gevoelsmatig alles weer voor de boeg. Dat gevoel is er altijd geweest. En nog steeds, tegen beter weten in. De uitdaging om een winterverwachting te maken blijft. Door de processen te volgen die zich in het najaar voltrekken en aan de winter voorafgaan. Meteorologisch gezien kun je er veel van leren.
Factoren die we ieder jaar rond deze tijd voor het eerst in ogenschouw nemen, zijn de staat van de zeewatertemperaturen, de ENSO-cyclus (El Niño of La Niña), de watertemperaturen op ons deel van de Atlantische Oceaan, de ijsbedekking in het Noordpoolgebied en de fase van de QBO, een straalstroom in de stratosfeer boven de evenaar. Is die westelijk of oostelijk?
Krachtig negatieve fase IOD
Er komt richting de winter van 2026 iets bijzonders bij: de staat van de Indian Ocean Dipole. Die was tot en met het grootste deel van deze zomer neutraal, maar is onlangs naar sterk negatief omgeslagen. De consensus van de meeste verwachtingsmodellen is dat de IOD in de periode van globaal september tot november nog sterker negatief zal worden, om daarna in december weer geleidelijk naar neutraal te gaan. Er wordt in de aanloop naar de komende winter nu van een krachtig negatieve fase in de ontwikkeling van de IOD gesproken.
Die IOD is voor de ontwikkelingen van het winterweer in Noordwest-Europa erg interessant. We hebben het over een verdeling van de zeewatertemperaturen op de Indische Oceaan. Gekeken wordt naar het gebied globaal ten oosten van de hoorn van Afrika, afgezet tegen een gebied ten westen van Indonesië. Is het water aan de oostkant van Afrika relatief warm en dat bij Indonesië relatief koud, dan wordt van een positieve fase in de IOD gesproken. Is de situatie omgekeerd, met koud water bij Afrika en warm water bij Indonesië, dan is de IOD negatief.
Grotere invloed op Europese weer dan ENSO
Onderzoeken hebben inmiddels laten zien dat sterk positieve of negatieve fasen in de IOD op het weer in Europa grotere invloed hebben dan de voortgang van de ENSO-cyclus (El Niño en La Niña). Met een sterk positieve IOD in de aanloop naar de winter hebben we de afgelopen jaren al meerdere malen ervaring opgedaan. Zo was de IOD in de aanloop naar de winters van 2020 en 2024 sterk positief. Beide winters leverden daarop in onze omgeving een sterk positieve NAO-index, een bulderende westcirculatie, wisselvalligheid en hoge temperaturen op.
De vraag is nu dan ook of een krachtig negatieve IOD-index in de aanloop naar de winter het tegenovergestelde kan bewerkstellingen, namelijk een grotere kans op een negatieve NAO-index gedurende de wintermaanden, een straalstroom die aan banden ligt en een grotere kans in onze omgeving op winterse drukverdelingen? Als je de onderzoeksliteratuur van dit moment erop naslaat, dan zou zo’n verband er inderdaad kunnen zijn, en dan vooral gedurende de eerste helft van de winter. Een sterk negatieve IOD-fase gedurende de herfst zou het optreden van een negatieve fase in de NAO-index in die periode duidelijk kunnen bevorderen.
Ook andere teleconnecties spelen een rol
Een complicerende factor hierbij is wel, dat je het effect van zo’n negatieve IOD- index niet los kunt zien van het gedrag van andere factoren die het weerverloop beïnvloeden; het lijstje aan teleconnecties waarmee we deze beschouwing zijn begonnen. De uitkomst lijkt bijna altijd die van een gezamenlijke inspanning te zijn, waarbij de IOD een relatief grote rol speelt. Reden genoeg dus om de andere factoren uit het lijstje ook nog even kort door te lopen.
In de ENSO-cyclus ziet het ernaar dat we tijdens de wintermaanden, net als de afgelopen winter met een niet al te sterke La Niña te maken krijgen, het koude zusje van El Niño. Doordat La Niña niet al te sterk wordt, lijken de effecten van de sterk negatieve IOD-index voor het weer bij ons belangrijker te zijn. Overigens kunnen ze elkaar versterken, en dat is in het geval van een zwakke La Niña zeker mogelijk. Het water op ons deel van de Atlantische Oceaan is vergeleken met de twee voorgaande (erg warme) jaren duidelijk afgekoeld. Dat geldt zeker voor het noordelijke deel bij IJsland en Groenland. Watertemperaturen zijn voor het weer bij ons erg belangrijk.
QBO-index in oostelijke fase
De eerdergenoemde QBO, de straalstroom hoog in de stratosfeer boven de evenaar, is net zijn oostelijke fase ingegaan en zal tijdens de winter alleen maar sterker worden. Tijdens oostelijke fases van de QBO-index lijkt de kans op een instorting van de poolwervel gedurende de wintermaanden wat groter dan anders, zonde garanties. Zo’n instorting kan de straalstroom ook verzwakken en bijdragen aan het optreden van winterweer in de wintermaanden.
Later in het najaar kunnen we nog kijken naar de ontwikkelingen van het zeeijs in het Noordpoolgebied en vanaf eind september ook naar de opbouw van het sneeuwdek in Siberië.
Nu al iets om naar uit te kijken
Een vroege conclusie kan zijn dat er nu al reden is om aan te nemen dat de kans op én een instorting van de poolwervel, maar ook op het optreden van negatieve fases in de NAO-index groter lijkt dan in andere winters. Waarbij de negatieve IOD-index dus een grote rol kan spelen. Zelfs verschillende seizoensmodellen pikken deze invloeden nu al op, en laten vooral in de tweede helft van de komende winter signalen zien die wijzen op het dan vaker voorkomen van noordelijke hogedruk. Dat is dan in ieder geval iets om naar uit te kijken.
We blijven de ontwikkelingen de komende tijd natuurlijk op de voet volgen en zullen daar, zodra er nieuwe of nauwkeurigere inzichten zijn, op deze site met regelmaat over berichten.
Voeg weerverteller.nl toe aan het startscherm van je telefoon
Mis ook deze verhalen niet:
Volg ons ook op facebook en X!
Jouw foto op Weerverteller.nl?
Stuur je foto naar foto@weerverteller.nl, of via X met de vermelding van @weerverteller