Een verder winterloze winter, of toch nog een omslag?
Reinout van den BornVrijwel geheel Europa, op het uiterste noorden van Scandinavië na, beleeft op dit moment een uiterst warme winterstart. De oorzaken zijn duidelijk en het vervolg lijkt vooralsnog behoorlijk vast te liggen. Maar zijn er ook kansen om er nog uit te raken? Voorlopig lijken die hooguit klein. Sterker nog: een vervolg als in de winters van 2014 (0,0 Hellmannpunten) en 2020 (0,1 Hellmannpunten) ligt ook op de loer. Hoe gaat het verder?
De oorzaak van het zachte weer kennen we. De vroege verstoring van de poolwervel boven het arctische gebied, eind november, zette boven Noord-Amerika een glijbaan van arctische lucht in gang, tot over het westelijke deel van de Atlantische Oceaan. De lagedrukgebieden die daar ontstonden, trokken naar Europa, brachten boven het continent een sterk hogedrukgebied op de been en resulteerden in zuidelijke winden, vrijwel overal in ons werelddeel.

December kent een warme start
Inmiddels houdt die situatie alweer een tijdje aan. In Nederland bedroeg de gemiddelde decembertemperatuur over de eerste 8 dagen van de maand 7,8 graden, 3 graden meer dan de in dezelfde periode gebruikelijke 4,8 graden.
Vooral de laatste dagen worden hoge temperaturen bereikt. Zondagavond werd het in Westdorpe in Zeeuws-Vlaanderen en in het Limburgse Ell precies 15,0 graden, maandag waren wederom Westdorpe en Maastricht het warmst met maximumtemperaturen van 14,9 graden. In de nacht naar dinsdag bleef het kwik vrijwel overal in de dubbele cijfers. In Voorschoten en in Woensdrecht werd het niet kouder dan 11,8 graden, De Bilt kwam op 11,6 graden als laagste temperatuur uit. Terschelling en Stavoren kwamen op 8,8 graden uit.
Echte veranderingen lijken niet op komst
Veel aanwijzingen voor grote veranderingen zijn er niet. Als er al iets gaat gebeuren, dan is het dat het hogedrukgebied boven het continent sterker lijkt te worden. De lange termijnberekeningen van het Europese weercentrum laten het hogedrukgebied daarbij in de loop van de tijd ook langzaam noordwaarts bewegen, waardoor de wind bij ons vanaf de week, beginnend op maandag 22 december, een oostelijke component zou kunnen krijgen. In de pluimen van nu zien we die trend ook, een heel klein beetje.
Als we ons eerst focussen op het sterker worden van het hogedrukgebied boven het Europese continent, dan merken we de gevolgen daarvan in Noordwest-Europa vanaf komende donderdag. Het is de dag waarop de wind wat overtuigender weer de zuidhoek opzoekt, in plaats van zuidwest, vooral op woensdag. Er komen wat meer opklaringen, de nachten worden kouder en ook overdag doen de temperaturen een stapje terug. In het weekend kan nog een storing passeren met wat regen en weer iets zachtere lucht, maar niet zo zacht als nu.
Het Europese hogedrukgebied wordt sterker
Daarna volgt, als we de berekeningen van nu al leidraad nemen, een volgende sterke fase van het Europese hogedrukgebied. Met na het weekend zuidelijke en mogelijk zelfs zuidoostelijke winden (kans 20 procent). Hoe sterker het hogedrukgebied in die fase is, hoe groter de kans dat storingen op afstand blijven en dat het ook af en toe opklaart.
Is de wind in zo’n periode niet al te sterk dan ligt inversieweer op de loer. Met mistgebieden en laaghangende bewolking. Daarin pakken de temperaturen vaak lager uit, dan nu in de kaarten zit. Afgelopen winter maakten we daarvan in januari een fraai voorbeeld mee.
Voor de periode daarna zien we de berekeningen uiteenlopen. Daar waar de hoofdberekening van het Europese model voor een nieuwe zachte periode kiest, zien we het aantal wat koudere berekeningen in de pluim langzaam toenemen. Echte winterberekeningen zitten er niet tussen, maar wel berekeningen die in de nachten soms met lichte vorst komen.
Kans op wind met oostelijke component stijgt
De kans op een wind met een oostelijke component stijgt in die periode tot ongeveer 30 procent, in het zuiden zelfs 35 procent. Die verdeling laat zien dat alleen het noordwaarts bewegen van het hogedrukgebied boven het continent de veroorzaker van die verandering kan zijn. Andere smaken lijken eigenlijk niet voorradig. Dit is ook waarom een plotselinge overgang naar winterse omstandigheden voorlopig niet tot de mogelijkheden lijkt te behoren.
Het scenario, geschetst door het lange termijnmodel van het Europese weercentrum, lijkt het maximaal haalbare. En dan is het nog steeds maar de vraag, of dit ook echt gebeurt?
Maar de poolwervel gaat ook aan kracht winnen
Een ander scenario dat op de loer ligt, heeft met de ontwikkeling van de poolwervel te maken. De kracht ervan is nu nog geringer dan normaal. Zo halverwege de decembermand wordt een volgende dip verwacht. Daarbij stort de poolwervel niet in, maar strekt zich uit en verlegt zijn centrum van de omgeving van Nova Zembla (nu) naar eerst het noordoosten van Canada en later in de periode naar Groenland. Voor winterweer bij ons is dat niet meteen gunstig.
Veel belangrijker is dat na de dip van halverwege december een sterke toename in de kracht van de poolwervel wordt verwacht. Zien we daarbij inderdaad een zeer sterke poolwervel op de weerkaarten verschijnen die de rest van de winter voor verdere verstoringen ongevoelig is, dan ligt een heel ander scenario op de loer: namelijk een herhaling van de winters van 2014 of 2020 (die laatste was wat onrustiger), met verderop dus helemaal geen winterweer meer.
Ontwikkelingen van de komende weken belangrijk
Van de ontwikkelingen gedurende de komende 2 tot 3 weken zal waarschijnlijk dus veel afhangen voor de rest van de winter. Genoeg om het goed te blijven volgen.
Voeg weerverteller.nl toe aan het startscherm van je telefoon
Mis ook deze verhalen niet:
Aanstaande SSW brengt ons nog geen winter, nieuwe kans doemt op
Extreme mariene hittegolf Grote Oceaan geeft zacht wintersignaal
Warme luchtlaag boven poolgebied straks geheime wapen winter?
Volg ons ook op facebook en X!
Jouw foto op Weerverteller.nl?
Stuur je foto naar foto@weerverteller.nl, of via X met de vermelding van @weerverteller










