De zomer van 2025 is in West-Europa zinderend van start gegaan
Reinout van den BornDe zomer van 2025 is in grote delen van Europa heet begonnen, zo stelt het Europese klimaatinstituut Copernicus. Niet één, maar twee hittegolven rolden over het continent in juni en begin juli. In Nederland was juni de op één na warmste eerste maand van de zomer ooit. Ook bij ons kwam het begin juli tot een hittegolf.
De eerste Europese hittegolf sloeg toe tussen 17 en 22 juni, vooral in West- en Zuid-Europa. Nog geen week later volgde de tweede, en nog wat extremere hittegolf, die zijn piek bereikte van 30 juni tot 2 juli. De ERA5-data van de Copernicus Climate Change Service laten zien hoe uitzonderlijk deze periode was en wat die voor West-Europa betekende.

46 graden
Tijdens de tweede hittegolf kwam de temperatuur in diverse landen boven 40 graden uit. In Spanje en Portugal werd zelfs 46 graden gemeten, in Nederland kwam Maastricht tot 39 graden.
Beide hittegolven werden veroorzaakt door hardnekkige hogedruksystemen, ook wel bekend als heatdomes of hittekoepels, die warme lucht vasthielden en langdurig heet, zonnig en droog weer veroorzaakten. Het waren omstandigheden die bovendien voor verhoogde ozonconcentraties en een groter risico op natuurbranden zorgden.
Nieuw junirecord
Op 30 juni werd in West-Europa een gemiddelde temperatuur van 24,9 graden gemeten, een nieuw record voor juni. Op 1 juli werd datzelfde record nogmaals geëvenaard. Alleen tijdens de beruchte hittegolven van 2003, 2018, 2019, 2022 en 2023, die diep in de zomer plaatsvonden, werd het warmer. Voor veel gebieden in Spanje, Portugal, Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk was de periode van 17 juni tot 2 juli de heetste in deze tijd van het jaar sinds ten minste 1979.

Juni 2025 gaat in West-Europa dan ook de boeken in als de warmste juni ooit gemeten. De gemiddelde temperatuur kwam op 20,49 graden uit, maar liefst 2,81 graden boven het langjarig gemiddelde (1991–2020). Daarmee werd het vorige junirecord uit 2003 nipt verbroken, met 0,06 graden verschil. Beide junimaanden steken met kop en schouders uit boven de rest. De op twee na warmste juni, die van 2017, was 0,7 tot 0,8 graden koeler.
Hittestress
Maar het bleef niet bij hoge luchttemperaturen alleen. Grote delen van Europa kregen met verhoogde gevoelstemperaturen en een bovengemiddeld aantal dagen met hittestress te maken. In Spanje, Portugal, Frankrijk, Italië en de Balkan steeg de gevoelstemperatuur vaak boven 38 graden, goed voor het label ‘zeer sterke hittestress’. Ten noordoosten van Lissabon liep de gevoelstemperatuur zelfs op tot 48 graden en dat is ‘extreme hittestress’ en zo’n 7 graden boven het gemiddelde voor juni.
Zuid-Europa telde ook opvallend veel tropennachten, nachten waarin de temperatuur niet onder 20 graden daalde. In delen van Spanje waren dat er tot wel 24, maar liefst 18 meer dan normaal. Ook langs de Middellandse Zeekust werden 10 tot 15 tropennachten geregistreerd, in regio’s waar dit normaal gesproken in juni zelden voorkomt. Deze warme nachten maken het voor het lichaam lastiger om van de hitte van overdag te herstellen en verhogen de kans op gezondheidsproblemen.

Extreem warm zeewater
En alsof dit nog niet genoeg was, speelde ook de zee een rol. Het zeewater in het westelijke deel van de Middellandse Zee was uitzonderlijk warm. In de Golf van Lyon en de Ligurische Zee steeg de watertemperatuur tot boven 28 graden, meer dan 5 graden boven normaal.
Deze marine hittegolf hield nachtelijke afkoeling aan de kust tegen en leidde tot een hoge luchtvochtigheid, wat de hittestress nog verergerde. Ook brengen dergelijk hoge zeewatertemperaturen risico’s met zich mee voor het zeeleven en de visserij, onder meer doordat het zeewater minder zuurstof bevat. Verder kan de hogere luchtvochtigheid tot het ontstaan van zware buien leiden, zoals de afgelopen dagen in Spanje is gebeurd.